Sinds een paar jaar heb ik samen met een vriendin een moestuin. In mijn werk als ritueelbegeleider zit ik veel achter de laptop en wordt er een beroep gedaan op mijn hoofd. Mijn dagelijkse ommetje en de moestuin zorgen voor een goede balans. Het werken in de moestuin maakt voor mij ook zichtbaar hoe ik dingen doe. Vaak moet ik mezelf een zetje gegeven om aan de slag te gaan. Eenmaal begonnen, weet ik vaak niet van ophouden. Met als gevolg dat ik aan de pijn in mijn rug merk dat ik net iets te veel heb gedaan. Het is een oefening in geduld en luisteren naar mijn lijf.
Onlangs attendeerde een vrijwilliger van de Wijkse Moestuin mij op het boek Tuineren voor de geest – Hoe we gelukkiger worden van zaaien, wieden en snoeien van Sue Stuart-Smith. Sue is een vooraanstaand Brits psychiater en psychotherapeut. Al 30 jaar wijdt zij zich met haar man Tom, een beroemde tuinontwerper, met veel liefde aan hun prachtige tuin. De titel van het boek maakte mij nieuwsgierig, dus bestelde ik het gelijk bij de bibliotheek.
Het boek begint met de spreuk van William Wordworth (1770 – 1850): ‘Stap in het licht van de dingen, laat de natuur je leraar zijn.’
Parallel bij vormgeven van rituelen
Van jongs af aan kom ik graag buiten. Dat is een rode draad in mijn leven. Het verloop van de seizoenen, de kringloop van het leven. De natuur biedt prachtige metaforen waar ik uit kan putten. Hoe kan ik het beste samenwerken met de natuur, wanneer is het een goed tijdstip om te zaaien, te poten, wat laat ik gaan, waar grijp ik in? Keuzes die steeds gemaakt moeten worden, net als in het echte leven!
De natuur is ook een grote inspiratiebron in mijn werk als ritueelbegeleider. Daar gaat het om laten ontstaan, geboren laten worden, van zaadje, idee, begeleiding, naar het uiteindelijke ritueel. Ik kom min of meer blanco bij een opdrachtgever, familie en gaandeweg ontstaat er iets moois. Hoe spannend soms ook, ik weet inmiddels dat ik op dat proces kan vertrouwen.
Metaforen uit de natuur bij afscheid
Dit boek deed me terugdenken aan twee uitvaarten van een echtpaar dat kort na elkaar overleed. De rouwkaarten, inmiddels klaar, vormden een aanknopingspunt om het gesprek in te gaan. Op die van de vrouw stond een foto van bloemen en op die van de man een foto van de moestuin bij het huis. Hij was altijd in die tuin bezig en zij maakte de groente in en verzorgde de bloementuin. Deze symbolen gebruikte ik als thema in de teksten die ik schreef. Heel persoonlijk en bij hen passend. Op haar kist lag een stronk hout met lentebloemetjes erop en op die van hem dezelfde stronk hout met enkele groentes. Na afloop kregen de genodigden bij de ene uitvaart een lentebolletje mee en bij de andere uitvaart een zakje met zaadjes.
Het laatste jaargetijde van het leven
In mijn teksten probeer ik iets mee te geven in de vorm van troostende woorden, een boodschap, iets wat je meeneemt van je overleden dierbare. Woorden die het afscheid rond maken. “Hij kende de cyclus van zaaien, verzorgen en oogsten. Al wat groeit heeft liefdevolle verzorging nodig om tot bloei te komen. Dat wisten hij en zijn vrouw als geen ander. Wie zaait zal oogsten.”
Troost in de natuur
Bij een groot verlies kun je in de natuur een vorm van troost vinden. Zo heb ik dat zelf ook ervaren in moeilijke periodes in mijn leven. Ik zocht dan de rivier op. Met mijn handen in de aarde werken helpt ook om weer tot mijzelf te komen.
In het boek van Sue werd ik geraakt door de inscriptie in een Egyptisch graf, ca 1400 v. Chr.: ‘Moge ik elke dag langs de oever van het water wandelen, moge mijn ziel rust vinden tussen de takken van de bomen die ik heb geplant, moge ik mij vermeien in de schaduw van mijn wilde vijgenboom.’ Een mooie slotzin voor bij mijn afscheid ooit.
Welke betekenis kent de natuur in jouw leven?
Wat zou een rode draad of symbool kunnen zijn in een ritueel voor een bijzonder overgangsmoment? Ik wissel er graag met je over van gedachten. Je kunt me bellen 06-29078056 of mailen karin@levenswending.nl